Wettelijk kader
Een interceptie is een situatie waarin de bevoegde autoriteiten van een lidstaat een persoon in onwettig verblijf onderscheppen, d.w.z. een persoon identificeren of aanhouden die niet (langer) voldoet aan de voorwaarden voor de toegang tot, het verblijf op, of de vestiging in nationaal grondgebied.
In België neemt de intercepterende politiedienst contact op met de Dienst Vreemdelingenzaken en maakt deze een administratief verslag op over de controle.
De overgrote meerderheid van de intercepties betreft mannen. In 2024 waren die goed voor 93,1% van de intercepties.
Wettelijk kader
In de context van Europese statistieken (Verordening (EG) nr. 862/2007) zijn personen die het voorwerp uitmaken van een terugkeerbesluit, personen die "het onderwerp vormen van een administratieve of gerechtelijke beslissing of handeling waarin wordt vastgesteld of verklaard dat hun verblijf illegaal is en waarin hen tot het verlaten van het grondgebied van de lidstaat wordt verplicht".
In België worden deze beslissingen bekendgemaakt door de Dienst Vreemdelingenzaken in de vorm van een bevel om het grondgebied te verlaten (BGV).
Iets meer dan driekwart van de afgegeven terugkeerbesluiten heeft betrekking op mannen. In 2024 vertegenwoordigden zij 77,2% van de afgegeven terugkeerbesluiten.
Wettelijk kader
In de zin van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, wordt een inreisverbod beschouwd als een “beslissing die kan samengaan met een beslissing tot verwijdering en waarbij de toegang tot en het verblijf op het grondgebied van het Rijk of het grondgebied van alle lidstaten, met inbegrip van het grondgebied van het Rijk, voor een bepaalde termijn verboden wordt”.
Er worden veel meer mannen dan vrouwen een inreisverbod opgelegd. In 2024 waren zij goed voor 90,8% van de inreisverboden.